Dag 27: 2 augustus 2015 van San Sebastian naar Zarautz

2 augustus 2015 - Zarautz, Spanje

Gisteravond hebben we nog wat lol gehad en vanochtend hadden we dit weer met ons lotgenoten, de vloerslapers. Het licht in de hal kon namelijk niet uit met een knopje. Het werkte middels een bewegingssensor die Jan wel even af wilde plakken met een papiertje. Dit mocht niet van de hospitalero omdat personen die naar het toilet wilden gaan dan in het duister moesten tasten. Het waren twee flinke tl bakken waar je wel een operatie onder uit kon voeren. Dan maar met toestemming vijf van de zes tl buizen losgedraaid en dit vanochtend weer netjes herteld. We werden wakker door mede pelgrims die twintig voor zes begonnen in te pakken en te vertrekken. Volgens ons gekkenwerk maar in de hal waar wij lagen stonden ook alle schoenen dus werden wij gewekt en wakker gehouden. We hadden gisteren Madeleine cakejes gekocht en we trakteerden de lotgenoten dan ook. De Australiër van het luchtbedje kreeg als dank ook een Madeleine. Uiteindelijk vertrokken we als laatsten van de 40 om zeven uur. We mogen gelijk weer via een trappetje de berg op. En weer die prachtige oceaan aan ons rechterhand. We komen langs een provisorische particuliere stempelpost. Joop meent hem te herinneren en om dit thuis te kunnen checken zetten we een stempel. De eerste kilometers zijn gelukkig niet zo een beproeving als gisteren. Maar zo'n formidabele route als gisteren over de bergruggen zullen we niet gauw weer krijgen. Onderweg lopen we perigrino's voorbij die nogal wat eerder zijn vertrokken als ons. Ze zitten te eten op een rotsblok. Voor ons is dit een bevestiging dat zo vroeg uitvliegen gekkenwerk is want we staan er hetzelfde voor qua kilometers en hebben al ontbeten. En dan lopen we ons Ierse vriend uit Dublin weer tegen het lijf. Hij sliep naast ons op de vloer, is een Spaanse vrouw getrouwd en woont in Madrid. Joop en de Ier zijn een gelijkwaardig afdaler qua tempo. Op het rechte eind kan hij ons echter niet goed bij houden dus samen oplopen wordt helaas niets. Dan gaan we verder over een bergpadje smal maar weer erg mooi. We pauzeren na tien kilometer op een perfecte locatie. Onder een boom staat een bankje in de schaduw direct op de route aan een zeer rustig weggetje. We zetten en drinken koffie, eten nog Madeleine cakejes, stokbrood en Joop eet een sinaasappel. Terwijl we zitten lopen er weer wat perigrino's voorbij ook de Ierse Spanjaard passeert ons. De route gaat verder over een pad van keien door het bos bergafwaarts. Dan komen we in Orio daar bij een albergue vullen we de watervoorraad aan. Waarna we het stadje zelf inlopen. Waar een adembenemende kerk staat zowel het exterieur als het interieur. Weer heel anders dan de vorige kerken. Uit rechte zandkleurige blokken steen opgebouwd. Erg lichte kleuren binnenin. Er was een mis gaande hier hebben we een lied meegezongen daarna zijn we verder gegaan. We lopen verder tot aan het water hier moeten we overheen om aan de laatste zes kilometer te kunnen beginnen. Het zonnetje schijnt goed dus het wordt om 12 uur al lekker warm. We besluiten bij een café bar een broodje en een kop chocolademelk te nemen zodat we de zes kilometer hopelijk in een keer kunnen lopen. Na het water overgestoken te hebben lopen we erbij langs richting de kust en zee. We komen onder een groot viaduct door hier overheen gaat de A8. Het is voor het eerst dat we de A8 kruisen. Onder deze weg zijn we in 2012 tussen Bilbao en Santiago ontelbare keren doorgelopen. Dan gaan we weer klimmen met de zon op onze bol en geen wind wordt het ineens best wel even warm. Het zweet breekt ons even lekker uit we zullen maar rekenen dat dit lui zweet is. Bovenop de top aangekomen is er een camping en een waterkraan. We drinken wat en beginnen dan aan de afdaling naar Zarautz. Het is een mooie afdaling met het uitzicht over het stadje. Het stadje ligt in een boog om een baai heen met een goudgeel strand. Schitterend zo vanaf boven net als gisteren de stad in te lopen. We komen aan bij de stad en in het routeboekje wat we van het Spaanse deel hebben staat dat een albergue zich bevind aan de Calle de Zumalacarregui. Het moet gevestigd zijn in een oud huis. Op de GPS kunnen we de straat vinden en we besluiten de straat dan ook door te lopen. Aan de linkerhand vinden we al gauw de albergue met de naam 'Ebro Extea'. Het is half twee als we arriveren na 22,1 kilometer en er liggen al een goede twintig pelgrims in de tuin. De tassen liggen netjes op rij om aan te geven wie als eerste aangekomen is. Er schijnen ongeveer 30 bedden te zijn en wij zijn dus waarschijnlijk op tijd. We moeten wachten tot 16.00 uur want dan gaat de herberg pas open. We wachten rustig in de schaduw, zittend tegen het gebouw af. Dan komen er weer een aantal pelgrims die we al eerder gezien hebben. Ze sluiten netjes aan in de rij. we beginnen een praatje en ze zijn begonnen in Irún en lopen net als ons naar Bilbao. Ze hebben maar een weekje de tijd dus ze denken dat ze dan net een beetje op gang zijn gekomen en dan weer moeten stoppen. Wij geven ze daar gelijk aan en we hebben het nog even over wat we doen in het dagelijks leven en over de route. Het is wel even gezellig en het dood de tijd een beetje. We eten een broodje en een stukje chocolade wat we gisteren gekocht hebben. We zien veel die wat mank lopen het zal wel komen door dat ze nog in moeten lopen daar ze gestart zijn in Irún. We hebben wel het idee dat wij er de eerste dagen niet zo afgepeigerd aan toe waren. Dan komt onze vrolijke Ierse vriend weer ten tonele. Ook hij heeft het gehaald en hopelijk op tijd zodat hij een bed heeft. Hij komt er gezellig even bij zitten en we bekijken de route voor morgen alvast even. De beste man loopt door tot Gijon langer mag hij niet van zijn Espanola. Zij wil namelijk ook nog vakantie met hem vieren. Dan gaat de albergue even voor vieren open. Het is toch wel spannend in de menigte of iedereen een plaatsje krijgt. De pelgrims waar we mee gesproken hebben (jongelui) proberen 'per ongeluk' een plaatsje naar voren te komen. Ze hebben aan een half woord genoeg en staan zo weer in de juiste rangorde. Uiteindelijk kan iedereen in de wachtrij een plekje krijgen. Eenmaal bij de hospitalero's doet het nogal opzienbarend dat we vanuit Nederland het hele stuk hebben gelopen. Maar wij zeggen: het hoeft ook niet in één keer. Dat ze het zo bijzonder vinden komt waarschijnlijk omdat de meesten starten in Irún. Dan vragen ze wat we van elkaar zijn. Jan vraagt aan de mede pelgrims wat buren in het Spaans is en zij vertalen het even voor ons. Een Spaanse meid zegt dan dat Jan een knappe buurjongen is. Later vraagt ze Jan nog of hij mee naar het strand gaat. Wie weet zou Jan met een Spaanse dame thuiskomen. Na het douchen en wassen gaan we naar de boulevard. Hier is het druk het zonnetje schijnt volop, dit trekt massa's mensen. We gaan bij een tentje een biertje drinken. Daarna lopen we naar de albergue waar we de Ier treffen hij spreekt uitmuntend Spaans dus hij vraagt voor ons aan de hospitalero's waar we brood kunnen krijgen. Dit kan bij een restaurant dus we kopen een pan. Daarna zoeken we een restaurantje om te gaan eten. Het valt nog niet mee om een plekje buiten de felle zon te vinden. Maar we slagen er wel in. Joop eet een lekker stukje entrecote en Jan eet varkensvlees. Beiden werden geserveerd met frites. Ook drinken we er nog een pilsje bij. Als dessert nemen we een ijsje met een bolletje vanille en een bolletje aardbei. Daarna gaan we terug naar de albergue hier drinken we in de tuin nog een kop chocolademelk uit de automaat en dan nemen we de was mee naar binnen en gaan op bed. 22uur het licht ging uit.

Van reisblog naar fotoboek
Laat een prachtig fotoboek afdrukken van je verhalen & foto's. Al vanaf € 21,95.
reisdrukker.nl