Dag 26: 1 augustus 2015 van Irun naar San Sebastian

1 augustus 2015 - San Sebastián, Spanje

Hola, buenos diaz! Zo ongeveer. Vanochtend iets na vijf uur zijn ons kamergenoten begonnen in te pakken. Ze wilden half zes lopen en dat is ze wel gelukt maar ze kregen nog geen ontbijt. Wij staan twintig over zes op en gaan dan de boel opruimen en ontbijten. Koffie, stokbrood met jam en cakejes. Waarna we met de drie hospitalero's op de foto gaan en vertrekken. De stad uit en dan over het water en dan langs het water over een soort trekweggetje. Met mooi zicht op gebergten. Dit vlakke pad langs het water houden we niet lang aan. We slaan af en gaan een berg op. Eerst over het asfalt maar dan over een smal 2 voeten breed bergpad. Schitterende vergezichten over Irún en Hendaye. We krijgen een fikse klim en als we boven zijn gaan we op de foto. Een mede pelgrim maakt de foto. Dan maken we voor een andere pelgrim een foto. Wat dan komt is een steile helling een keer zo zwaar als de vorige. Daarna lopen we kilometers vrij vlak over de bergrug tussen de dieren door het gras. Waar het vee op de berg rond loopt. Er staat een oude stenen toren. Jan gaat de trappetjes op en het uitzicht is onbeschrijfelijk zo mooi. Joop vertrouwd de enigszins vervallen toren niet echt maar gaat toch. Op de toren nemen we foto's. We denken dat Joop lek is zo loopt het zweet eruit. Als we eenmaal deze bergen over zijn zien we Frankrijk niet meer liggen. Dit is nu definitief passé. De laatste week op naar Bilbao maar nog steeds wat kilometertjes te gaan. Prachtig! Het weer is heerlijk droog en bewolkt. We komen op een uitzichtpunt met een muurtje. We leggen het foliematje op de grond en zetten de rugzakken tegen het muurtje aan, lekker in de luwte. We zetten een bakkie en eten nog even voor de laatste keer Franse Pain. We zitten even heerlijk op dit 'panoramadek'. Dan gaan we verder en nemen een stukje heftig GR pad. Het is hoppen van rotsblok naar rotsblok. Jan vindt dit nu echt magnifiek. Joop geniet ook erg maar moet wel goed uitkijken. Hij wordt ouder en hij geeft dat gelukkig ook toe. Dan maar een beetje langzamer als we er maar heelhuids komen. We komen midden op de berg drie Nederlanders tegen ze herkennen ons aan de Friese vlag. En we hebben een kort gesprek. Ze wensen ons een goede reis. Dan wordt het weer 'gewoon' bergpad en maken we de afdaling van de berg. Joop ziet onderweg nog een oud voetspoor van Akke of hij ziet ze vliegen. Dan komen we uit op een stukje asfaltweg. Er valt zo nu en dan een spatje regen. We komen uit op een trap die naar het water leid. Er staat een Spanjaard op de trap hij gaat ons vertellen dat we onze tas kunnen verstellen als we berg op en bergaf gaan zodat we meer comfort hebben. Wij slaan een goed advies nooit in de wind maar verstaan er vrij weinig van. Uiteindelijk begrijpen we het aardig. Na 700 kilometer gelopen te hebben zonder problemen met de rugzak besluiten we het verhaal maar aan te horen en hem te bedanken. Onder bij het water aangekomen gaan we zitten bij een bar waar Joop en Akke in 2012 ook hebben gezeten. We drinken een kop chocolademelk en eten een broodje met kip en kaas. Daarna gaan we met een klein bootje het water over. Weer gaan we met een trappetje een berg op aan de oceaanzijde en komen op een mooie asfaltweg. Na het eten begint het zonnetje een beetje door te breken. Dan gaat we weer over op bergpaden en komen over een super smal bruggetje zonder leuningen. We passeren diverse baaien/inhammen en hebben vrijwel continu zicht op de zee. Uiteindelijk komen we via diverse paden aan bij San Sebastian van bovenaf via een trappetje lopen we zo de boulevard op. We hebbe heel mooi zicht over de stad van boven aan de trap. In de stad gaan we naar het Offica Turismo en vragen waar we kunnen slapen. Het blijkt in de andere kant van de stad te zijn maar het is wel op de route. Onderweg komen we een paar anderen tegen die we in Irún ook hebben gezien. Ze komen van da Auberge en hij schijnt vol te zijn. Dus zijn we vier kilometer voor niets naar de andere kant van San Sebastian gelopen. We kijken in het boekje van het toeristenbureau en er staat nog een naam onder Auberge. We lopen er heen en het blijkt een soort hotel te zijn. 140 per persoon maar dan heb je ongetwijfeld een mooie kamer. Geen optie voor een perigrino dus. We lopen naar een alternatief verder terug naar het centrum. De albergue schijnt vol te zijn. Het is een schoolgebouw en word beheerd door associatie van vrienden van de Camino de Santiago. We mogen wel op de grond slapen en douchen. Het kost niets het is net als gisteren op basis van een vrijwillige donatie. We besluiten omdat we 34 kilometer gelopen hebben waarvan 9 kilometer om slaapplaats te vinden hiermee akkoord te gaan. Jammer dat we de slaapmatjes ook mee naar Tjerkwerd hebben gestuurd gisteren. Maar goed de steile beklimmingen van vandaag gingen ons stukken beter af zonder. Het is soms kiezen en wanneer maak je de juiste keuze. Van de hospitalero's krijgen we een vrij dikke slaapzak en een dun matje. We hebben zelf ook een dun matje bij ons. We leggen de matjes op de grond en de slaapzak open geritst er bovenop. Dan ons eigen slaapzakken erop en we hebben een bed op de vloer. Van ons kleding maken we een hoofdkussen en zo zullen we de nacht wel weer door komen. We hopen niet dat dit de toon zet voor de rest van de dagen. Toen Joop en Akke dit deel naar Bilbao in 2012 liepen was het namelijk nog niet zo druk. We wachten rustig af en zien morgen wel hoe het gaat. We hebben ons slaapplek in een hal apart van de slaapzaal. Hier hebben we als buren een echtpaar. Zij hebben één matje gekregen van de hospitalero's. De man gaat op twee houten banken slapen. We hebben er ook wel weer lol om en vergeet niet we hebben onderdak. Na de lekkere koude douche gaan we de stad even in, niet te ver want we hebben al genoeg gewandeld. We gaan naar de bakker en naar de supermarkt voor proviand. In een soort marskramer zien we de buren matjes op rol kopen dan kunnen ze wat zachter liggen. We drinken bij een bar twee cerveza's en dan gaan we naar een restaurantje te eten. We eten kip en salade en patat. Waarna we na een super mooie dag ons luxe bedje opzoeken. Als we bij de Albergue aankomen treffen we Don de Spaanse Ier. Hij heeft ook geen bed en mag op de grond slapen net als ons. Joop geeft hem een matje dat we van de hospitalero’s hebben gekregen. Joop zelf heeft van een Australiër een luchtbedje te leen. De foto's van afgelopen dagen moeten we nog op de blog plaatsen dus die houden de volgers te goed.

1 Reactie

  1. Heleen Wilts:
    1 augustus 2015
    Hoi Jan en Joop,

    De Spaanse grens gepasseerd! Geweldig! Nog een mooie tijd gewenst!

    Groetjes,
    Heleen