Dag 4, maandag 12 augustus, van Hüsum naar Dagebüll , 21 km

12 augustus 2019 - Dagebüll, Duitsland

Zeven uur. Ppppptttttssssss. Een luchtbedje stroomt leeg. Joop en Akke beginnen te rommelen. Kleren aan slaapzakken opruimen. Spulletjes in de tas. Even later volgt Jan het goede voorbeeld. Het is een goede nacht geweest. De wind is gisteravond wat gaan liggen. Om acht uur gaat de receptie open en dan kunnen we de broodjes ophalen. In de gemeenschappelijke ruimte zoeken we een beschut plekje. Zetten we heet water op het aanwezige fornuis. En ontbijten we op ons gemak. De dame van het hele kleine campingwinkeltje zegt dat er over meer dan 40 kilometer pas weer een camping is. We krijgen kosteloos een kaart van de omgeving mee. Dan kopen we nog spaghetti voor het geval we vanavond niets treffen. Om kwart voor negen lopen we het camping terrein af. Zo de dijk over de kwelder in. Het is bewolkt en winderig maar er hebben de wind mee. In de kwelder weer vele schapen en koeien. Een bui drijft achter ons aan. Hopelijk kunnen we hem voor blijven. Na 3,4 kilometer lopen we Schobüll binnen. Allerlei dure huizen, een camping en eetgelegenheden. Maar het is nog te vroeg dus we lopen door. Via een karrenspoor richting het noorden. De bui heeft ons ingehaald maar er is geen drup naar beneden gekomen. Er staat een mooi bankje voordat we weer het open veld in gaan. Daarom maken we hier na zeven kilometer en anderhalf uur lopen even kort gebruik van. Dan gaan we verder. Achter de zeedijk lopen we verder in de luwte. Dan bij een gemaaltje staat er een picknickbank half uit de wind. We settelen ons en in de luwte van het gemaal stoken we een keteltje water op. Een broodje erbij en weer even foerageren. We hebben inmiddels tien kilometer gelopen en zien nog geen dorpjes of dergelijke in de verte. Stipt twaalf uur lopen we weer met gevulde maag verder. Achter de dijk omdat aan de andere kant buitendijks geen looppad is. Hier en daar voelen we een paar druppels maar het blijft droog. Dan komen we weer langs een groot gemaal. Op 13,5 gaat het weggetje achter de dijk omhoog tot dezelfde hoogte als de dijk. Zo hebben we fantastisch zicht op de uitgestrekte kwelder. Ook staat er een uitkijktoren die door Jan beklommen wordt. Joop maakt er foto's van. Het waait pittig dus we vervolgen gauw onze weg. De weg wijkt wat van de dijk en we komen op een fietspad. Hier en daar een boerderij en verschillende gewassen. Mais, aardappelen, bieten maar ook graan en winterwortels. Grote combinen in het land met boeren die noeste arbeid verrichten. Het landschap vergelijken we dat met als je achter de dijk bij Gaast en Ferwoude loopt. Bij een boerderij op een bankje stoppen we weer even. Joop vraagt een mevrouw om de flesjes water te vullen. Dit slaagt. We lopen verder over het fietspad langs een b-weggetje. Na elke paar honderd meter staat er een groot boerenbedrijf. Het fietspad slingert er omheen. Je kunt dus niet verder kijken dan de volgende boerderij. Er lijkt geen einde aan te komen en we krijgen het toch wel in de benen. Maar goed rustig door stappen dan komen we er wel. Als we op de 20 kilometer zitten rond drie uur hebben we toch wel zin in een bak koffie. Maar een etablissement hiervoor is in geen velden of wegen te bekennen. We lopen maar weer door. Dan bij een wegwijzer staan we stil en om ons heen te kijken. Een jongeman ziet ons en vraagt of hij ons kan helpen. We vertellen dat we een camping zoeken. Die is hier niet maar wel in Dagebüll een heel eind verderop. We vertellen dat we nu eenentwintig kilometer gelopen hebben en nog een stuk of vijf kunnen gaan. Als we vragen of er dan een restaurant is of dergelijke zegt hij stap maar in mijn auto. Hij zou richting het zuiden met zijn auto maar brengt ons wel naar het noorden. Als we acht kilometer verder zijn in Ockholm zien we een bordje camping. Hij vraagt of we hier willen staan maar zegt dan deze camping is niks. Er is niks te beleven ik breng jullie in Dagebüll. Hij verteld dat de zeedijk nu niet geschikt is om te belopen want ze zijn hem aan het ophogen. Hij rijdt daarom stevig door. Zo staan we in enen voor vier uur op de parkeerplaats bij de camping. Hij wil er niets voor hebben dus schudden we hem de hand. De twintig kilometer hebben we van hem gekregen. We zetten de tentjes op, schrijven ons in, douchen en gaan de kleren wassen. Het inschrijven moet bij de receptie van een hotel. De haringen willen voor geen meter de grond in. Een en al puin maar voor de rest is de camping de drie sterren waard. Zo zijn we om vijf uur helemaal klaar. We drinken nog een kop koffie bij de tent en het laatste broodje. Dan zijn we in staat om Dagebüll te verkennen en wat lekkers op te zoeken. We lopen naar de haven. Daar bovenop de dijk is een restaurant. We bestellen eten en wat lekker drinken. Joop heeft een gourmet variëteit. Akke vis en Jan een jägerschnitzel. Het smaakt heerlijk. Om acht uur gaan we terug naar de camping. Bij een winkeltje kijken we door de ramen wat er te verkrijgen is. De dame van de receptie verteld ons dat het winkeltje van alles heeft. Ontbijten kost bij het hotel bijna tien euro per persoon. Akke gaat tandenpoetsen en doet het licht uit. Jan en Joop gaan nog even voor een afzakkertje naar de bar van het hotel. Het smaakt goed en er is heel wat te bekijken qua excentrieke figuren. Dat zullen ze ook wel van ons zeggen. Om tien uur heeft iedereen tanden gepoetst en ligt plat. Het was een verassende dag die ons nieuwsgierig maakt naar de dag van morgen.

Foto’s

3 Reacties

  1. Marijke:
    12 augustus 2019
    👍 wat wer in dei.
  2. Veronica de Graaf:
    13 augustus 2019
    Wat een avontuur!
  3. Gerben:
    13 augustus 2019
    Top! Wat in trochsetters binne komme.